De waterrijke stad Meppel met haar gezellige, historische centrum werd al in een oorkonde uit 1141 voor het eerst genoemd. In die tijd was het niet meer dan een groepje boerderijen gelegen tussen talrijke beken en riviertjes .
Omstreeks de 16e eeuw ontstond een schipperij van belang rond het vervoer en opslag van koren en turf, hetgeen ook talrijke scheepsbouwers opleverde. Meppel kwam tot bloei; de stad was een belangrijke handelsplaats en doorvoerhaven naar de grote steden. In de daarop volgende eeuwen was het goederenvervoer over water de belangrijkste factor in de ontwikkeling van Meppel. In de 18e eeuw kwamen daar veerboten, beurtschepen, snikken en later stoomboten bij die heel wat mensen vervoerden.
Het centrum van Meppel kent een aantal oude grachten. Mede vanwege de namen Heerengracht, Keizersgracht en Prinsengracht wordt de stad ook wel eens het Mokum van het Noorden genoemd. Veel grachten die dwars door het centrum liepen zijn in de loop der jaren vanwege een toename van het autoverkeer gedempt.
Meppel heeft een geschiedenis van eeuwen lange strijd tegen het water gevoerd. De stad is talloze malen door overstromingen getroffen, de laatste grote overstroming was in 1998.
Het water is sfeerbepalend en de levensader van een stad waar historisch nog overal beelden van vroeger te vinden zijn zoals: de grachtengeveltjes, de historische gietijzeren bruggen en het grachtenfestival dat ieder jaar plaats vindt.
Een paar jaar terug is een oud stuk gracht weer open gegraven. Er blijven plannen om kanalen en grachten weer in oude glorie te herstellen. Een stad die haar haven gestaag incorporeert in de stad met wonen, werken en recreëren aan het water.
Ligging aan het water is economisch gezien nog steeds een belangrijke vestigingsfactor. De haven van Meppel is één van de grootste havens van Noord-Nederland en het is de grootste haven van Drenthe. De haven van Meppel is tevens de meest landinwaarts gelegen zeehaven van Nederland.